Nieuws

‘Rijke landen verdienen aan klimaatcrisis’

Ontwikkelingslanden lijden onder de streep verlies op de klimaatfinanciering die ze ontvangen van rijkere landen, blijkt uit een rapport van Oxfam Novib en CARE. Het gevolg is dat rijke landen juist verdienen aan de klimaatcrisis.

De twee non-profitorganisaties stellen op basis van eigen berekeningen dat landen gemiddeld zeven dollar terugbetalen voor elke vijf dollar die ze ontvangen.

‘Rijke landen zien klimaatcrisis als zakelijke kans’

Twee derde van de klimaatfinanciering bestaat uit leningen, vaak tegen gangbare rentetarieven. De schuldenlast van arme landen, die nu op 3,3 biljoen euro staat, wordt hierdoor alleen maar groter.  Frankrijk, Japan en Italië behoren tot de landen die het vaakst leningen verstrekken tegen commerciële voorwaarden.

Volgens de opstellers van het rapport leveren de rentebetalingen de donoren vaak uiteindelijk zelfs winst op, naar schatting tot 42 procent. „Zij zien de klimaatcrisis vooral als een zakelijke kans, niet als een morele en juridische verplichting om de landen en mensen die hier nu al het meest onder lijden, te helpen. Door leningen te verstrekken aan landen die het minst verantwoordelijk zijn voor de klimaatcrisis, zadelen ze deze landen op met een steeds groter wordende schuldenlast”, zegt Madelon Meijer, klimaatexpert bij Oxfam Novib.  

Klimaatverandering treft arme landen het hardst

De klimaatcrisis is vooral veroorzaakt door de CO2-uitstoot van rijke industrielanden, maar treft juist de armste landen het hardst. „Deze schuldenlast beperkt de mogelijkheden van ontwikkelingslanden om te investeren in sociale voorzieningen en klimaatoplossingen, vergroot hun kwetsbaarheid en houdt hen gevangen in een cyclus van afhankelijkheid en onderontwikkeling.”

„Rijke landen komen niet alleen hun beloftes voor voldoende klimaatfinanciering jaar in jaar uit niet na, maar de financiering die ze verstrekken is een sigaar uit eigen doos”, stelt Meijer. Oxfam Novib en CARE wijzen erop dat diverse rijke landen ook nog grootschalig bezuinigen op ontwikkelingssamenwerking.

Het inmiddels demissionaire kabinet zet de komende jaren het mes in het budget voor ontwikkelingssamenwerking. De bezuiniging loopt steeds verder op, tot 2,4 miljard euro in 2027. Ook daar lijdt de klimaatfinanciering onder, terwijl internationaal is afgesproken dat die eigenlijk uit „nieuwe en additionele fondsen” moet bestaan. Volgens de OESO daalden in 2024 de budgetten voor ontwikkelingssamenwerking met 9 procent. Voor dit jaar wordt opnieuw een daling van 9 tot 17 procent verwacht. „Dit zijn de grootste bezuinigingen sinds de jaren zestig.”

Afgelopen najaar concludeerde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), samen met onder andere het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat de kans dat Nederland de klimaatdoelen voor 2030 haalt, zeer klein is. 

Onderzoek in aanloop naar COP30

Het onderzoek verschijnt in aanloop naar de volgende VN-klimaattop, de COP30. Die begint op 10 november in de Braziliaanse stad Belém. Hulp aan armere landen om te verduurzamen én de gevolgen van klimaatverandering het hoofd te bieden, is steevast een belangrijk thema op de conferenties. Vorig jaar werden daar in Bakoe nieuwe afspraken over gemaakt, al is er onder critici nog steeds veel scepsis en onvrede over.

Het totale bedrag aan giften en leningen moet volgens de afspraken van vorig jaar in 2035 zijn gestegen tot 300 miljard dollar per jaar. In de slottekst van de COP29 stond naast deze concrete toezegging ook een zachtere oproep aan alle betrokkenen om een veel hoger bedrag bijeen te sprokkelen: 1,3 biljoen dollar. Dat is meer dan het viervoudige.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Reacties

What's your reaction?

Leave A Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Related Posts