‘Zorgen op Caribische eilanden na val kabinet-Schoof’
04-06-2025 -
3 minuten leestijd
Premier Dick Schoof op bezoek bij premier Gilmar ‘Pik’ Pisas | Foto: Dick Drayer
WILLEMSTAD – De val van het Nederlandse kabinet roept vragen op over de voortgang van samenwerkingsafspraken tussen de eilanden en het Rijk. Hoewel het nieuws op Curaçao, Aruba en Sint Maarten breed wordt gemeld in media, leeft het vooral op bestuurlijk niveau.
Redactioneel commentaar | Dick Drayer
Saba, Sint Eustatius en Bonaire vallen als bijzondere gemeenten rechtstreeks onder Nederlands bestuur. De autonome landen Curaçao, Aruba en Sint Maarten werken op tal van terreinen samen met Nederland. Bij een kabinetswisseling of tussentijdse val ontstaat dan ook steevast onzekerheid over de continuïteit van beleid, met name waar het financiële afspraken betreft.
Een voorbeeld is de recent toegezegde 150 miljoen euro voor de energietransitie in het Caribisch deel van het Koninkrijk, aangekondigd door minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei tijdens haar bezoek aan Curaçao. Lokale bestuurders vragen zich af of dit geld onder een nieuw kabinet nog beschikbaar blijft, of dat het bedrag alsnog wordt herzien.

Een soortgelijke situatie deed zich al voor bij het aantreden van kabinet-Schoof. Onder Rutte IV was via het Nationaal Groeifonds oorspronkelijk 130 miljoen euro gereserveerd voor projecten op de eilanden. Bij de kabinetswissel werd daar 50 miljoen van afgeboekt. De overgebleven 80 miljoen werd vervolgens gepresenteerd als nieuwe investering. Op de eilanden wordt dat gezien als een ‘sigaar uit eigen doos’.
Ook het vertrek van staatssecretaris Zsolt Szabó, die namens de PVV verantwoordelijk was voor Koninkrijksrelaties, leidt tot speculatie. Zijn optreden verschilde zichtbaar van dat van zijn voorganger Alexandra van Huffelen (D66). Waar Van Huffelen bekendstond om haar relationele benadering en veelvuldig overleg met lokale bestuurders, koos Szabó voor een zakelijke koers en sprak hij al bij zijn aantreden over corruptiebestrijding. Dat viel op de eilanden op als weinig diplomatiek.
Tot slot is er op de eilanden nog altijd scepsis over de rol van de PVV in het Koninkrijk. Uitspraken van partijprominenten uit het verleden, waarin de eilanden op ‘Marktplaats’ zouden moeten worden gezet, hebben de relatie onder druk gezet. Toch constateren bestuurders dat regeringsdeelname de toon van de PVV heeft gematigd. “De soep werd niet zo heet gegeten als ze werd opgediend,” klinkt het in Willemstad.
114